Altijd lastig, die prikkels
September 2017, door Alex Steenbreker
Prikkels die via zintuigen binnenkomen, worden niet bij iedereen netjes verwerkt.
Een geluid kan bijvoorbeeld harder of zachter overkomen dan het echt is. Een zachte
aanraking wordt al snel gevoeld als pijnlijk of een verwonding wordt juist niet opgemerkt.
Dat wordt overregistratie en onderregistratie genoemd. Mensen met dit soort klachten
hebben problemen met de sensorische integratie (SI), ofwel: prikkelverwerking. Er
zijn uiteenlopende gevolgen van SI-
Er wordt vaak gezegd dat we vijf zintuigen hebben. In werkelijkheid hebben we er nog een aantal meer, zoals het evenwichtszintuig en de zintuigen in spieren die je vertellen hoe je houding is. Al die binnenkomende prikkels gaan naar je hersenen, die vervolgens proberen om van dat 'circus' iets begrijpelijks te maken. Dat heb je nodig om de situatie in te schatten en om passend te kunnen reageren.
SI-
Direct naar...
Onderscheid maken tussen prikkels →
Omgaan met onevenwichtige prikkelverwerking →
Hulp bij onevenwichtige prikkelverwerking →
Waardering
Leesbaarheid
Informatief
Concrete aanwijzingen
Algemeen oordeel
Bronnen en meer lezen
2 Autismewegwijzer over over-
3 Project Overprikkeling door de organisatie Hersenletsel-
4 Barbara de Leeuw van Praktisch Autisme over onderprikkeling →
5 Iksimij, ervaringsdeskundige SI-
6 Partisa schrijft vanuit praktijkervaring over overprikkeling aanpakken →
7 Wetenschappelijk review-
9 Artikel van New York Times (Engels) over kieskeurige eters (kinderen) →
Disclaimer
Mocht u artikelen over dit onderwerp tegenkomen van een verondersteld betrouwbare bron, dan bent u van harte welkom Leerpunt ADD daarop te attenderen. Dit betreft zowel artikelen die de inhoud van deze documenten tegenspreken als ondersteunen.
Bij medische klachten dient u altijd een gekwalificeerde arts te raadplegen.
Voorbeelden van problematische prikkels en vermijdende reacties
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Meer algemene, mogelijke reacties op (komende) overprikkeling
-
-
-
-
-
-
-
-
Overprikkeling
Voor iedereen geldt dat men bij veel of heftige prikkels overprikkeld raakt. Met
overregistratie, zoals bij SI-
Heftige overprikkeling kan leiden tot angst en dus ook angstreacties: vechten, vluchten of bevriezen. Mensen kunnen agressief worden, doen soms irrationele dingen om prikkels te vermijden of zijn niet meer in staat tot communiceren.
Onderprikkeling
Een ander gevolg van SI-
Onderprikkeling geeft een behoefte aan prikkels zoeken. Bij een gebrek aan prikkels
is het moeilijk om de aandacht ergens bij te houden. Daarom gaan veel mensen zichzelf
prikkels toedienen. De meeste mensen doen dat wel eens, zoals trillen met de benen,
maar sommige mensen met SI-
Stimmen is meestal een prikkelende handeling, die steeds op dezelfde manier herhaald wordt en waar je niet bij na hoeft te denken. Het zorgt voor meer mentale rust en een betere focus. Het is heel moeilijk te onderdrukken, zeker als de onderprikkeling erg heftig is. Om het dan nog even verwarrend te maken, komt stimmen soms ook voor in reactie op overprikkeling.
Wisselwerking tussen over-
Als je overprikkeld bent, wil je prikkels vermijden. Omdat prikkels bij SI-
Ook kan het erg moeilijk zijn om onderprikkeling en overprikkeling correct op te merken. Vaak wordt onderprikkeling aangezien voor overprikkeling, omdat de reactie hetzelfde kan zijn. Iemand kan bijvoorbeeld drukker worden van beide, of juist minder reacties geven op de omgeving. Als je onderprikkeling aanziet voor overprikkeling en je neemt daarom prikkels weg, verergert het probleem. Controleer daarom wat prettig is: het wegnemen of juist toevoegen van een prikkel.
Moeilijk onderscheid maken
Een minder bekend SI-
Dat kan betekenen dat een belangrijke prikkel even heftig binnenkomt als een onbelangrijke, of zelfs dat een onbelangrijke prikkel heftiger binnenkomt. De belangrijke prikkel kan daardoor niet de passende aandacht krijgen.
Het kan dus soms te moeilijk zijn om naar iemand te luisteren als er ook nog andere geluiden hoorbaar zijn. Het verkeer of een apparaat dat aan staat kan heel overheersend zijn. De ander lijkt dan bijvoorbeeld van veraf te praten.
Voorbeelden van stims
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Vermijden
Mensen die regelmatig overprikkeld zijn, vermijden vaak al de prikkels die belastend voor hen zijn. Ze hebben immers in de gaten dat iets een nare sensatie geeft, dus ze willen dat het stopt. Dat is een gezonde en terechte reactie. De volgende vraag is: hoe kan je die nare sensaties vóór zijn?
Het antwoord op die vraag is heel persoonlijk. Het hangt namelijk af van de prikkels die voor jou storend zijn. Als je dit nog niet gedaan hebt, probeer dan in kaart te brengen in welke situaties je vaak overprikkeld raakt. Als dat moeilijk is, denk aan recente momenten waarop het gebeurde. Zijn er manieren te bedenken om die situaties te voorkomen? Je kan bijvoorbeeld drukke plekken proberen te vermijden en setjes oordopjes en zonnebrillen altijd in een zijvak van een tas meedragen.
Voorkomen lukt niet altijd. Dan is het belangrijk om op tijd in de gaten te hebben dat je overprikkeld aan het raken bent. Overprikkeling komt namelijk vaak niet uit het niets, hoewel dat wel zo kan lijken. Er is een aanloop die je kan leren herkennen. Als het herkennen lukt, wordt het steeds makkelijker om op tijd te reageren.
Een valkuil daarbij is de gedachte dat de prikkel niet alarmerend is, dus dat de opkomende overprikkeling niet serieus genomen hoeft te worden. Je vertelt jezelf misschien dat de prikkels niet erg zijn en dat het dus niet terecht is om actie te ondernemen. Op die manier duw je jezelf echter richting overprikkeling, waarbij je stressgehalte omhoog schiet en je heftig kan reageren. Hoe begrijpelijk ook, dit komt jou en je omgeving niet ten goede. Het is zaak om je onevenwichtige prikkelverwerking serieus te nemen. Alleen als dat beter lukt, kan je dit soort situaties leren voorkomen.
Passend stimmen
Als mensen in gezelschap stimmen, wordt daar nogal eens negatief op gereageerd. De prikkel die door het stimmen wordt opgewekt, is namelijk vaak ook een storende prikkel voor de omgeving. In combinatie met onbegrip voor het nut ervan is dat een explosief geheel. Mensen die regelmatig stimmen, hebben vaak emotionele herinneringen aan situaties waarin anderen hen heel negatief benaderden om iets wat ze niet wisten te onderdrukken.
Het is dus de moeite waard om na te denken over hoe stimmen, als dat nodig is, ingepast kan worden in bepaalde situaties. Meestal komt een stim in reactie op onderprikkeling en wordt het soort stim dus uitgekozen op basis van wat er op dat moment voorhanden is. Als je vooraf kunt bepalen wat voor soort stims je vaak nodig hebt, is het misschien mogelijk om voor meer opties te zorgen. Als je meer opties hebt, heb je grotere kans dat je iets kan kiezen dat voor je omgeving minder storend is.
Als je bijvoorbeeld weet dat je vaak stimt door met je handen iets aan te raken, kan je kleine voorwerpen meenemen met verschillende oppervlakken om aan te raken. Het is ideaal als dat in overleg kan met mensen waarbij stimmen een probleem kan vormen. Als je hen kan vragen wat zij minder storend vinden, zien zij ook dat je probeert de situatie te verbeteren. Er bestaan allerlei stim toys en fidget toys om je hierbij te helpen. Of je die fijn vindt, is heel persoonlijk.
Behalve het verminderen van negatieve reacties van anderen, kan dit ook je vrijheid en welzijn vergroten. Als stimmen hierdoor in meer situaties mogelijk wordt, voel je je minder vaak onderprikkeld.
'Kunstmatig' prioriteiten geven aan prikkels
Als je brein niet netjes de prikkel uitlicht waar je aandacht naartoe moet, zal je zelf manieren moeten vinden om dit voor elkaar te krijgen. De focus ligt hier meestal op geluid, omdat geluid het grootste bereik heeft. Geluid bereikt je ook als de bron achter je is, in tegenstelling tot beeld. Het bereikt je ook als het op enige afstand is, in tegenstelling tot alles wat je kan voelen. Geluid wordt het meest opgedrongen van alle prikkels.
Het is hier dus zaak om kunstmatig onbelangrijke prikkels te dempen en de belangrijke prikkels uit te vergroten. Dat is niet makkelijk. Als het gaat om iemand verstaan in een omgeving met veel geluiden, is het meest simpele hulpmiddel je handen. Je maakt er kommetjes van en legt ze om je oorschelp, om de achtergrondgeluiden te dempen, met een opening in de richting van de persoon die je probeert te verstaan.
Dat is echter niet altijd effectief genoeg. Een tweede methode is oordopjes. Als je oordopjes veel gebruikt, verdiep je dan in verschillende beschikbare soorten en lees de handleiding! (Veel mensen doen oordopjes op de verkeerde manier in.)
Met een beetje geluk is de spreker dan beter te horen dan andere geluiden. Als de omgevingsgeluiden luider zijn, is het niet vreemd dat je de spreker niet kan verstaan. Vaak zal niemand het vreemd vinden als je er dan iets aan probeert te doen, zoals een microfoon harder zetten of een raam sluiten.
Dit werkt soms ook met beeld. Haal afleidende dingen weg uit je gezichtsveld. Als dat tot onderprikkeling leidt, zorg dan voor een andere stimulatie, het liefst een die niet visueel is. Als je geen invloed kan uitoefenen op je omgeving, kan je een bril overwegen die je gezichtsveld vernauwt door de rand te verduisteren. Soms werkt een gewone zonnebril ook.
Stress en verveling
Stress en overprikkeling gaan vaak hand in hand. Overprikkeling zorgt voor meer stress en stress zorgt ervoor dat je sneller overprikkeld raakt.
Verveling zorgt voor een snellere onderprikkeling. Het is dus een uitdaging om tussen de stress en verveling in te blijven.
Stimmen of hyperactiviteit?
Stimmen en hyperactief gedrag kunnen soms veel op elkaar lijken. Er zit echter wel een groot verschil tussen. Stimmen heeft een duidelijk doel, namelijk onderprikkeling tegengaan of een nare prikkel overstemmen.
Het zorgt voor een specifieke prikkel en is daarom ook vaak repetitief: een prikkel wordt steeds opnieuw op dezelfde manier toegediend. Hyperactiviteit is niet gericht op dat doel.
Over-
Hoewel het misschien tegenstrijdig lijkt, is het volkomen mogelijk dat iemand sommige soorten prikkels (zintuigen) onderregistreert en tegelijkertijd een andere prikkel overregistreert. Soms kan stimmen afleiding geven bij overprikkeling.
Ook kan het zo zijn dat iemand een prikkel op het ene moment overregistreert en op het andere moment onderregistreert. Je kunt dus niet altijd spreken van iemand die overgevoelig of ondergevoelig is: dat verschilt per zintuig en per moment.
Samenwerken met je omgeving
Het is van groot belang dat de mensen in je directe omgeving met je mee kunnen denken over prikkels, maar dat is niet makkelijk. Sommige mensen, soms ook zij die je dierbaar zijn, hebben moeite om te accepteren dat je tegen problemen aan loopt die zij zich niet voor kunnen stellen. In sommige gevallen is het enige wat je met zulke afwijzingen kan doen, afstand proberen te nemen.
Als accepteren wel lukt, is het nog steeds moeilijk om je te verplaatsen in de wereld
van een ander. Iemand kan wel weten dat je SI-
Ook is het belangrijk om die mensen te betrekken bij de manieren waarop je je prikkels
probeert te reguleren. Leg uit waarom je op bepaalde manieren reageert, zeker als
het opvalt of als je emotioneel wordt. Soms is het nodig dat je dat op een ander
moment doet dan wanneer het voorkomt, omdat je op het moment zelf te druk bent met
de situatie. Als je het rustig kan uitleggen, krijgen mensen beter in de gaten wat
jouw specifieke SI-
Therapie
Sensorische integratietherapie is een therapievorm die tot nu toe vooral bij kinderen toegepast wordt, maar ook voor volwassenen kan helpen. Daarbij wordt onder andere gebruik gemaakt van oefeningen die langzaam grenzen opzoeken van wat nog aangename prikkels zijn. Ook wordt er gewerkt met diepgevoelde druk, bijvoorbeeld door middel van verzwaarde dekens of kledingstukken. Het is niet duidelijk hoe effectief deze therapie is.
Er is ook weinig bekend over het effect van medicatie op SI-
Onjuiste feedback
Behalve sensorische problemen bestaan er ook sensomotorische problemen: het aansturen van spieren gaat slordig als binnenkomende informatie niet klopt. Zoals eerder genoemd hebben we zintuigen voor evenwicht en houding. Als de prikkels van die zintuigen niet in de juiste mate verwerkt worden, verkeer je in de veronderstelling dat je evenwicht en houding anders zijn dan ze in werkelijkheid zijn.
Bij overregistratie van je evenwicht heb je snel het idee dat je valt (en ben je
daar misschien snel bang voor). Bij onderregistratie heb je niet op tijd in de gaten
dat je valt (en val je vaker of ben je te laat met jezelf opvangen, soms ook met
angst tot gevolg). Dit geldt ook voor houding. Als je denkt dat je je arm hoger of
lager opgeheven hebt dan je daadwerkelijk hebt, is het moeilijk om een bal te mikken
of om nergens tegenaan te stoten. Coördinatie kan lastig zijn voor mensen met SI-
Er is op meer gebieden sprake van terugkoppeling: als je bijvoorbeeld geluid zwakker
of juist heftiger registreert, zal je sneller de neiging hebben om harder of juist
zachter te praten. Voor mensen met SI-